Bijen en hommels – De eerste bijen en hommels vliegen al uit in februari. Ze komen uit hun winterslaap en hongerig gaan ze gelijk op zoek naar eten. Met bloembollen beleef je al vroeg het voorjaar door gezoem en gefladder van insecten. Maar welke bloembollen zijn het meest geschikt voor bijen en hommels? De ene bloembol produceert meer bijenvoedsel dan de andere. En het stuifmeel van de ene bloem is makkelijker te bereiken dan de ander. Kies altijd voor bloembollen met open bloemen. En spreid verschillende bloeitijden, zodat de bijen maandenlang nectar kunnen vinden.

Bijen en hommels

Bloembollen met veel nectar en stuifmeel

Deze selectie bloembollen staat bekend om de productie van veel nectar en stuifmeel; goed voor bijen en hommels.

1. Blauw druifje (Muscari)
2. Bosanemoon (Anemone nemerosa)
3. Boshyacint (Hyacinthoides non-scripta)
4. Botanische tulp (Tulipa)
5. Bulgaarse sierui (Nectaroscordom siculum)
6. Gewone vogelmelk (Ornithogalum umbellatum)
7. Krokus (Crocus), botanisch en grootbloemig
8. Oosterse Anemoon (Anemone blanda)
9. Sierui (Allium giganteum, moly en sphaerocephalon)
10. Sneeuwklokje (Galanthus)
11. Sneeuwroem (Chionodoxa luciliae en sardensis)
12. Sterhyacint (Scilla bifolia en siberica)
13, Winteraconiet (Eranthis)
14. Zomerklokje (Leucojum aestivum)

Voorjaarsbollen kun je planten zolang het niet vriest. Oktober en november zijn de meest geschikte maanden.

Juiste plek

Heb je je bloembollen uitgekozen en liggen ze klaar om geplant te worden? Geef ze een plekje in de tuin met humusrijke grond, waar gedeeltelijk de zon schijnt. Botanische tulpen zijn de uitzondering daarop, want die houden van veel zon. Zon versterkt de productie van stuifmeel en nectar. Daarbij verspreiden bloemen die in de zon staan een sterkere geur, zodat de bijen en hommels ze makkelijker kunnen vinden. Boomspiegels of plekken waar ’s winters blad blijft liggen, zijn perfecte plekken, omdat de vochtigheid de aanmaak van nieuw zaad stimuleert.

Suikers

Bijen en hommels leven vanaf het vroege voorjaar tot in de late herfst van nectar. Nectar is een zoete, stroperige, suikerrijke vloeistof. Je ziet het in het hart of aan de buitenkant van de bloem zitten. Het lijkt op water, maar het voelt kleverig aan. De suikers die in nectar zitten zorgen ervoor dat de insecten in beweging kunnen blijven. Behalve suikers bevat nectar eiwitten en vitaminen. Honingbijen verzamelen ook nectar, maar zij gebruiken het om honing van te maken. Deze honing is een belangrijke voedselbron voor het bijenvolk.

Pollen

Honingbijen, wilde bijen en hommels verzamelen, naast nectar, ook stuifmeel uit bloemen. Dit is bestemd als voedsel voor de larven. Stuifmeel wordt ook wel pollen genoemd en komt van de mannelijke kiemcellen van bloemen. Het ziet eruit als fijn poeder. Iedere bloem produceert een andere kleur stuifmeel; van geel tot rood, maar ook paars, wit en bruin. De overeenkomst tussen alle kleuren stuifmeel is dat ze allemaal eiwitten, vetten en vitaminen bevatten. Bij het verzamelen van stuifmeel bestuiven bijen tegelijkertijd de bloemen.

Witte, gele en blauwe bloemen

Stuifmeekorfjes

  • Lukt het hommels niet om bij de nectar te komen? Ze hebben een extra wapen! Ze gooien hun gewicht in de strijd om de bloem te openen.
  • Sommige hommels, bijvoorbeeld de aardhommel, maken een gaatje aan de zijkant van een bloem om bij de nectar te komen.
  • Bijen en hommels zijn het meest gek op witte, gele en blauwe bloemen.
  • Veel bloemen hebben vlekjes en streepjes. Dit functioneert als wegwijzer naar de nectar voor de kleine vliegers, met de boodschap ‘hier is nectar!’
  • Bijen en hommels hebben speciale stuifmeelkorfjes op hun achterpootjes zitten waarmee ze stuifmeel vervoeren.
    De hoeveelheid nectar die een plant produceert, schommelt gedurende de dag. Dit komt door de invloed van vocht en zonlicht.

Wil je meer weten over bloembollen, ga dan naar www.bloembol.org.

Fotocredits: iBulb